Je kunt je tegenwoordig haast niet meer voorstellen dat het CDA ooit de belangrijkste machtspartij van Nederland was. Inmiddels is daar nog maar weinig van over. Nu gaan de christendemocraten met een onmogelijke balanceeract de verkiezingen in. Je kunt je afvragen of er straks nog wel een toekomst is voor het CDA.
De teloorgang van het CDA
Toen het CDA in 1980 ontstond uit een fusie had de partij ruim 162.000 leden. Inmiddels zijn daar nog geen 35.000 van over. Op het hoogtepunt, tijdens de parlementsverkiezingen in 1989, stemde ruim 35% van de Nederlandse kiezers op het CDA onder Ruud Lubbers. Wopke Hoekstra wist in 2021 nog maar 9,5% van de kiezers te verleiden.
Tussen 1980 en nu nam het CDA maar liefst deel aan 12 van de 15 kabinetten in die periode en leverde drie premiers: Van Agt, Lubbers en Balkenende. De enige premiers die niet van CDA-huize waren sinds 1980 waren Kok en Rutte. Van die machtspositie is nog maar weinig over. Het CDA bezit nu 14 zetels in de Tweede Kamer, volgens de laatste Peilingwijzer zouden daar nu zeven tot elf van overblijven. Dat de christendemocraten straks ook in de provincies en daarna de Eerste Kamer zullen verliezen is bijna een zekerheid, zeker als je bedenkt dat er sinds de vorige keer nieuwe concurrenten bijgekomen zijn.
Landbouw en het CDA
Een van de belangrijkste thema’s voor de Statenverkiezingen is de toekomst van de landbouw in Nederland. Niet alleen vanwege de toekomstige samenstelling van de senaat, maar ook omdat de provincies daar een grote rol in spelen. Het meest opvallende onderdeel van dat thema is natuurlijk de stikstofproblematiek, maar het thema is veel breder. Het gaat ook om bijvoorbeeld volksgezondheid, overlast, waterkwaliteit (er zijn ook Waterschapsverkiezingen!) en het toekomstperspectief van boeren. Het platteland is traditioneel altijd een van de belangrijkste steunpilaren geweest van het CDA en daardoor is landbouw het belangrijkste verkiezingsonderwerp voor de christendemocraten. Of ze dat nu willen of niet.
Sinds 1980 heeft het CDA maar liefst zeven (waarvan één kortstondig interim-) ministers van Landbouw geleverd. Ongeacht hoe je tegen de problematiek aankijkt, de conclusie dat het CDA een grote verantwoordelijkheid draagt voor de huidige stand van zaken is onontkoombaar. Het mestprobleem en aanverwante problemen zijn al decennia oud.
Het feit dat we de problemen zo uit de hand hebben laten lopen is het gevolg van pappen, nathouden en wegkijken. Voornamelijk onder regie van het CDA. Een speciale vermelding verdient voormalig staatssecretaris Henk Bleker die met zijn PAS-aanpak het mestprobleem opnieuw jaren onder het tapijt veegde. Inmiddels is hij lid geworden van Forum voor Democratie. Zijn partij en het land achterlatend met de gevolgen van zijn beleid en een hoop sociale onrust.
Sinds het laatste coalitieakkoord lijkt het CDA eindelijk verantwoordelijkheid te willen dragen, na het jarenlang (lees: decennia) te hebben laten afweten. Althans, de handtekening van partijleider Wopke Hoekstra staat onder afspraken om de veestapel te verkleinen en circulaire landbouw te bevorderen.
Tussen macht en belangen
Tijdens de laatste formatie wilde het CDA na een stevige nederlaag toch graag opnieuw meeregeren. Of dat bedoeld was om echt verantwoordelijkheid te nemen of om in het centrum van de macht te blijven is onduidelijk, maar de vooruitzichten voor de partij zijn er sindsdien niet beter op geworden. Uit angst voor de allerlaatste kiezers wil het (in weerwil van de slogan uit 2021) nog niet echt opschieten met het ‘nu aanpakken’ van het CDA.
Het was Hoekstra zelf die het nieuwe kabinet na een goed half jaar al aan het wankelen bracht door de stellen dat de afgesproken stikstofdoelen voor hem niet heilig waren. En in aanloop naar de aankomende verkiezingen volgde een meerderheid van provinciale lijsttrekkers zijn voorbeeld. Het gevolg is dat het volstrekt onduidelijk is waar het CDA nu voor staat. Lokale en provinciale belangen botsen nu met het CDA in Den Haag dat zich aan afspraken gecommitteerd heeft. Het CDA voert een onmogelijke balanceeract uit en de val is onvermijdelijk.
De opvolgers van het CDA
Terwijl het CDA nog in de ontkenningsfase zit hebben de kiezers allang andere partijen gevonden. Voor de kerkgangers was de christelijke basis van het CDA allang ongeloofwaardig geworden. Medemenselijkheid en rentmeesterschap zijn niet meer te herkennen. Christenen hebben hun heil grotendeels gezocht bij de ChristenUnie. Die partij kan in de toekomst zomaar de grootste christelijke partij van Nederland worden. Niet zo groot als het CDA ooit was, maar wel op een schaal die anno nu representatief is voor gelovig Nederland (jammer voor de katholieken).
Dankzij de onvrede op het platteland heeft het CDA daar ook een spirituele opvolger gevonden: de BoerBurgerBeweging van Caroline van der Plas. Die lobbypartij heeft alles mee om flink wat kiezers van het CDA te winnen. BBB draagt geen regeringsverantwoordelijkheid en kan dus makkelijk een loopje met de feiten nemen en zich actief inzetten voor de ogenschijnlijke(!) belangen van het platteland. En aangezien de populistische wind lekker waait in Nederland kan ze zelfs in de steden rekenen op stemmen als redelijk alternatief voor extreemrechts. Bovendien is Van der Plas ook nog eens een zeer talentvol populist. Het charisma van Hoekstra eet zij voor het ontbijt.
Gebrek aan leiderschap
Toen het partijbestuur besloot om op dubieuze wijze Wopke Hoekstra op het schild te hijsen als nieuwe partijleider had men hoge verwachtingen van de wonderboy van McKinsey en voormalig praeses van Minerva. Hij zou van het CDA weer een grote partij maken, mogelijk kon hij zelfs premier worden!
Ze zaten er lachwekkend ver naast. Al tijdens het eerste debat voor de Tweede Kamerverkiezingen bleek Hoekstra totaal ongeschikt voor zijn rol. Hij keek als een bang konijn in de camera en bleek een pijnlijk slecht debater. Hoekstra en het CDA werden keihard afgerekend door de kiezer.
Het CDA overleefde de formatie, mede dankzij D66 dat de bal liet vallen, en Hoekstra werd minister van Buitenlandse Zaken. In die rol is hij vrijwel onzichtbaar. Hij wist wel het nieuws te halen omdat hij het kabinet aan het wankelen bracht door, zoals eerder gezegd, afstand te nemen van de stikstofdoelen en vanwege een dubieuze belastingcontsructie.
Binnen zijn eigen partij staat het er niet veel beter voor. Meer dan de helft van zijn achterban (achterbannetje?) heeft geen vertrouwen in Hoekstra. Dat zal mede komen omdat hij Pieter Omtzigt passeerde als partijleider en diezelfde Omtzigt later de partij uitgewerkt werd. Het vertrek van Omtzigt is bij veel leden en afdelingen van het CDA slecht gevallen en wordt ook Hoekstra aangerekend. Als Pieter Omtzigt in de toekomst besluit voor zichzelf te beginnen is hij misschien wel degene die de allerlaatste zetels van het CDA opeet.
Vandaag is ons congres in Amersfoort en trappen we de campagne af. Volg dit draadje voor alle updates. #CDAcongres pic.twitter.com/myHgpRVpQT
— CDA (@cdavandaag) February 4, 2023
Minder ik, meer wij
Er zijn natuurlijk veel meer en diepere redenen waardoor het CDA er nu zo historisch slecht voorstaat. En dat is echt niet alleen door eigen keuzes of gebrek daaraan. Toch meen ik dat bovenstaande punten uit de afgelopen jaren een grote rol spelen in de zelfgegraven beerput waarin het CDA zich nu bevindt en het is nog maar de vraag het Christen-Democratisch Appèl nog een duurzame toekomst heeft in de Nederlandse politiek.
‘Minder ik, meer wij’ is de slogan van het CDA voor de aanstaande Statenverkiezingen. Het is een lege slogan die zomaar van de SP of GroenLinks had kunnen zijn. Dat het misschien niet de beste keuze is voor een club die zich zo lang in het centrum van de macht heeft bevonden is de spindokters blijkbaar ontgaan. En misschien zegt dat wel alles. Opnieuw opgeblazen proefballonnen over de dienstplicht veranderen daar niets aan.
Het CDA is een verdeelde partij zonder samenhangend verhaal en zonder aansprekend leiderschap. Een partij met een verleden van verkeerde keuzes (dat is verre van uniek), maar vooral een gebrek aan verantwoordelijkheidsbesef. Dat maakt een volgende verkiezingsnederlaag onvermijdelijk. Hopelijk zijn er nog wat trouwe kiezers over, want voorlopig heeft het CDA niets meer te bieden aan anderen.
Ik heb nooit overwogen om op het CDA te stemmen, al was het alleen maar vanwege de christelijke grondslag. Toch vind ik het jammer dat de voorheen brede volkspartij met zo’n rijke geschiedenis op deze manier van het toneel verdwijnt. Vooral vanwege alle leden die zich in gemeentes, provincies en landelijk zo hard hebben ingezet met de beste bedoelingen. Helaas konden die het tij ook niet keren, nu is het hopen op een wonder. Gratis tip voor de diehards: Wip Wopke, daar ga je het sowieso niet mee redden.
Nog niet zo lang geleden zou ik me verkneukelen over de ondergang van het CDA, nu maak ik me ook zorgen. De populisten die straks de zetels van het CDA overnemen zullen de problemen ook niet oplossen, integendeel. Als het CDA eerder verantwoordelijkheid had genomen en keuzes had durven maken hadden die misschien geen voet aan de grond gekregen. En daarom zitten we straks nog steeds letterlijk en figuurlijk in de shit, ook als het CDA niet meer bestaat.
Waardeer dit artikel!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.
Beeldcredit: By European People's Party – EPP Congress Rotterdam – Day 2, CC BY 2.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=118779965